null

Voor het bestaan van het UMCU was er...

location: Catharijneconvent

Ziek zijn in de middeleeuwen: was dat echt geen pretje?

Ziek zijn in de middeleeuwen: was dat echt geen pretje?

Vanaf 1529 hadden de johannieters van het Catharijneconvent een ziekenhuis gemaakt. De johannieters waren een eeuwenoude, Nederlandse ridderlijke orde die zich vooral bezighield met ziekenzorg. De eerste ziekenhuizen van de johannieters richtten zich op de verzorging van zieke pelgrims op weg naar het Heilige Land, Palestina. Volgens de regels van de johannieters uit 1182 moesten er altijd getrainde artsen aanwezig zijn die de verschillende ziekten konden herkennen en die medicijnen bereidden. Na verloop van tijd waren deze ziekenhuizen ook toegankelijk voor de bevolking. Zoals je ziet op dit negentiende-eeuws schilderij is de ziekenzaal afgebeeld. Je ziet de zieken liggen in bedsteden aan de zijkanten van de zaal. Sommigen met z'n tweeën in één bed. Ook zie je de chirurgijns rondlopen. Hun technieken waren vaak pijnlijk, en niet zo effectief.

Ziek worden in de middeleeuwen was geen pretje, toch?

Ziek worden in de middeleeuwen was geen pretje, toch?

De ziekenhuizen van de Johannieters waren hun tijd vooruit. In het Midden-Oosten waren de johannieters in contact gekomen met de islamitische geneeskunde, die met name op het gebied van hygiëne een voorsprong had. Iedere patiënt had een eigen matras en twee schone lakens tot zijn beschikking. En er waren ook wiegjes voor de baby's.

Voorloper van het UMCU

Voorloper van het UMCU

Je staat op de binnenplaats van de voorloper van het UMC Utrecht. Tegenover de hoofdingang is een poortje te zien waarop staat: Nosocomium Reip(ublicae) Traject(inae), oftewel Ziekenhuis van de Staten van Utrecht. Vanaf 1636 werd het Catharijnegasthuis het eerste Stads- en Academisch Ziekenhuis van Utrecht. Het werd toen het Nosocomium genoemd. Het nieuwe ziekenhuis stond onder leiding van de man op de afbeelding: Willem van der Straaten. Hij was bekend om zijn gierigheid. Een koets vond hij veel te duur. Al zijn visites legde hij lopend af, wat ongebruikelijk was.

Van der Straaten, die bloedgoeie sukkel

Van der Straaten, die bloedgoeie sukkel

Van der Straaten had ouderwetse ideeën over de geneeskunst. Hij bleef vasthouden aan de eeuwenoude Romeinse geneeskunst. Volgens hem bestond het menselijk lichaam uit vier lichaamssappen. Een teveel of gebrek aan een van de sappen zou iemands lichamelijke of geestelijke gezondheid kunnen verstoren en ziekte veroorzaken. De Britse arts William Harvey ontdekte de bloedsomloop in 1628, maar van der Straaten bleef toch vasthouden aan zijn oude ideeën over de eb- en vloedbeweging van het bloed. Toen van der Straaten kwam te overlijden, schreef zijn goede vriend Constantijn Huygens zestien gedichten over hem. 'De bloedsomloop is Van der Straaten, die bloedgoeie sukkel, nooit naar zijn koppige kop gestegen.' Huygens raakte er niet over uitgepraat: 'Burgers van Den Haag, jullie hebben hem altijd visites zien lopen, zonder mopperen, door dik en dun, door de regen en de modder. Maar vertel mij eens, hebben jullie ooit zoveel doktersbloed om en om zien lopen?'

storyFeedbackQuestion

exploreArea