Pandhof Sinte Marie
Mariaplaats 28
Pandhof Sinte Marie
Mariaplaats 28, Utrecht
De vroegmiddeleeuwse geneeskunde baseerde zich vooral op de kennis van planten, vruchten en zwammen. Geneeskunde was toen een empirische wetenschap, dat wil zeggen: op basis van van ervaring. Er was geen theoretische basis, maar er werden wel op kleine schaal experimenten gedaan. Artsen lieten zich leiden door de resultaten van zo'n experiment. Kloosters hielden zich bezig met het verbouwen van planten met een geneeskrachtige werking en groenten. Zo ook hier in het pandhof van Sinte Maria. Daarnaast werd er bij kloosters gelet op voeding; goede voeding werd gezien als een remedie en als basis van de gezondheid. Hierin hadden ze geen ongelijk!
Het Pandhof van Sinte Marie en haar kloostergang zijn een overblijfsel van de middeleeuwse Mariakerk. Vanaf de middeleeuwen was de bijbehorende tuin in gebruik voor het kweken van geneeskrachtige planten en kruiden. Die werden verbouwd in vier perken. De tuin functioneert nog steeds en wordt vandaag de dag onderhouden door vrijwilligers. In de tuin bloeien de volgen kruiden, bomen en bloemen:
Moerbeiboom, gele helmbloem ('Maria's Gouden Oorbellekes'), jeneverbes, 'Kiespijnboom' (szechuanpeper), teunisbloem, mariadistel, goudsbloem, kamille, papaver, monniksap, ridderspoor, citroenmelisse, wijnruit, cichorei, venkel, wonderboom, maggieplant, bitterzoet, mierikswortel, wolfskers en meidoorn. Welke (her)ken jij?
Loop vooral eens rond en bekijk de verschillende informatiebordjes in de tuin.