Groen van Prinstererstraat

Groen van Prinstererstraat

Groen van Prinstererstraat
De Groen van Prinstererstraat in de jaren 20.source: Het Utrechts Archief, catalogusnummer 57598.

Groen van Prinstererstraat

Groen van Prinstererstraat

De Groen van Prinstererstraat is vernoemd naar de Nederlandse politicus en historicus G(uillaume) Groen van Prinsterer, die leefde van 1801 tot 1876 en deel uitmaakte van de antirevolutionaire politieke beweging. De straat maakt deel uit van het eerste complex dat werd gebouwd door de woningstichting "Eigen Haard" in de wijk Zuilen in Utrecht, die was georganiseerd volgens de verschillende zuilen. "Eigen Haard" werd opgericht voor de gereformeerde leden van Rehoboth. Het complex bevindt zich van de Amsterdamsestraatweg tot aan de Abraham Kuijperstraat, en van de Marnixlaan tot aan de Keucheniusstraat, waardoor het de zuidelijkste ontwikkeling in Zuilen is.

readMore

Het Museum van Zuilen heeft aan bezoekers de oproep gedaan om de mooiste, leukste, dierbaarste herinnering op papier te zetten. Voor de Groen van Prinstererstraat kregen zij van de oud-bewoner Henk Bloemendaal het volgende verhaal:

Als geboren (16-02-1924) en getogen Zuilenaar in de Groen van Prinstererstraat 44, waar mijn ouders woonden vanaf 1923, ging ik naar de basisschool aan de van Hoornekade, heel toevallig Groen van Prinstererschool geheten. Later ging ik naar de Mulo in Utrecht. Daar deed ik op 28 mei 1940 mijn examen, 14 dagen na de inval van de Duitsers. Gelukkig werd het examen nog wel afgenomen door goeie Hollandse examinatoren die ook de regie voerden. Ik slaagde ook nog. Nu nog aan de slag zien te komen. Dat was in die tijd niet makkelijk, want had je geen werk kunnen vinden, dan werd je als jongen of man geregistreerd en liep je grote kans om in Duitsland te werk gesteld worden.

Door bemiddeling van een buurman kon ik bij NS solliciteren en werd in dienst genomen op 21 mei 1941 als schrijver, de gebruikelijke benaming toen van de jongste bediende. Zo ontliep ik het tewerkstellen in Duitsland. Doch helaas keerde het tij in de zomer van 1943. Toen werd NS verplicht 1500 jonge werknemers in de leeftijd van 17 tot 21 jaar op te geven, die bij de Deutsche Bundesbahn in Duitsland moesten gaan werken op de opengevallen posten van de Duitse spoorwegbeambten, die alsnog waren opgeroepen voor het leger aan de fronten. En zo kreeg ik o.a. van NS een grote houten koffer waarin ik kleding, toiletartikelen, een helm en verdere nodige dingen kon meenemen naar Duitsland.

We moesten ons 12 september om 14.00 uur melden op station Amersfoort. Groot verdriet thuis bij de achterblijvers natuurlijk. Het was geen uitzwaaien toen we met de bus naar station Utrecht vertrokken. Mijn vader ging wel mee. Ik droeg die koffer. Maar onderweg zei mijn vader: “Jij gaat niet naar Duitsland, maar stapt in de tram naar Zeist, naar oom Piet en tante Truus, waar jij mag en moet onderduiken”.

Weten hoe dit verhaal afloopt? Lees het hier.

exploreArea